Vaardighedenpracticum

JE KUNT DEZE WERKVORM GEBRUIKEN OM...

studenten vaardigheden aan te leren en ermee te laten oefenen.

KORTE BESCHRIJVING (wat is het?)

In een vaardighedenpracticum (oefenpracticum, praktijkoefening) creëer je een oefensituatie waarin studenten stappen van een volledige handeling kunnen oefenen, of de hele handeling ineens. Afhankelijk van de complexiteit van de situatie doen ze dit individueel of in groepjes en loop je als docent rond, of ze doen dit één voor één (bijvoorbeeld met een speciaal instrument of machine) terwijl je als docent (of een begeleider) toekijkt.

HOE KUN JE DEZE WERKVORM UITVOEREN (algemeen)?

Je kunt deze werkvorm in de volgende stappen aanpakken:

  1. Bepaal wat studenten nodig hebben om de handeling (veilig) te kunnen uitvoeren. Is er een bepaalde opstelling nodig, een instrument of machine, of zijn er andere personen bij betrokken?
  2. Doe de handeling voor, of laat studenten (vooraf) een video of animatie bekijken waarin de handeling wordt getoond. Bij taal kan dit ook een audio-opname zijn.
  3. Bepaal daarbij of de handeling het beste ineens kan worden gedaan of in stappen.
  4. Spreek af aan de hand van welke criteria (mede)studenten kunnen bepalen of het goed ging.
  5. Laat studenten vervolgens deze (deel)handelingen zelf oefenen en laat ze daar indien nodig een stappenplan bij gebruiken. Studenten kunnen het ook in kleine groepjes oefenen.
  6. Loop zelf rond om te zien hoe het gaat en geef waar nodig extra aanwijzingen.
HOE KUN JE DEZE WERKVORM ONLINE UITVOEREN?

Als er fysiek contact nodig is met anderen of met specifieke objecten, instrumenten of machines, dan kan dit practicum niet online worden uitgevoerd.

Vaardigheden die met een laptop gedaan kunnen worden, of via gesprekken (zoals bij het oefenen van taal of gesprekstechnieken) kunnen ook in een gezamenlijke online meeting geoefend worden of in kleinere groepjes in ‘breakout-rooms‘.

Hierbij geldt verder dezelfde volgorde als in een offline-situatie:

  1. Doe (delen van) de handeling voor of laat studenten een video kijken (of audio luisteren bij taalvaardigheden).
  2. Geef voorbeelden of criteria aan de hand waarvan studenten kunnen bepalen hoe goed ze een handeling kunnen uitvoeren.
  3. Geef ze een stappenplan indien nodig.
  4. Laat studenten zelf de vaardigheid oefenen.
  5. Ga langs de online breakout-rooms om mee te kijken en eventueel bij te sturen.

Sommige vaardigheden kunnen studenten voor zichzelf oefenen, buiten de les. Of ze gaan zelfstandig verder nadat ze het eerst een keer (of vaker) tijdens de les hebben geoefend.

ERVARING
Heb jij ervaring met deze werkvorm en wil je die graag delen? Neem contact met ons op!
KENMERKEN
Taxonomie van Bloom:
Taxonomie van Miller:
Categorie leeractiviteit: ,
Interactie:
Wanneer:
GERELATEERDE APPLICATIES
  •  Microsoft Teams